Ok, dat titeltje (‘Grieven’) doet bij fans van Annie M.G. Schmidt natuurlijk een belletje rinkelen, want er is een hilarisch vertaalprobleempje tussen Franse gasten in een Nederlands restaurant enerzijds en de vader van Otje anderzijds.
Maar dit gaat over iets anders. Niet over grieven (al heb ik er wel, zie verder), maar over brieven. Over brieven, en dat ze nauwelijks nog geschreven worden. Hier (op de foto bedoel ik) kun je ze zelfs niet meer bussen. Nog maar recent heb ik zelf nog wel eens wat brieven geschreven, ondermeer naar zieke vrienden van me, en naar een oud-leerling van me wier man plots gestorven was.
Zelf brieven krijgen zit er helaas bijna nooit meer in. Het is uiterst zeldzaam geworden. De meest notoire brief die ik ooit kreeg was er trouwens een van een ‘baas’ van me. Die brief heeft naar inhoud, stijl en ondertekenaars mijn leven drastisch veranderd. Helaas niet in goede zin.
Maar het kan dus wel: een brief die je leven verandert. Er moesten terug meer (goede) brieven geschreven worden, (in goede zin) levensveranderende brieven, want schriftelijke communicatie wordt danig onderschat en ondergewaardeerd. Dus: men neme pen en papier, men schrijve een brief, men busse die brief, en men wachte af wat er terugkomen zal.
Brieven. Antwerpen, Beddenstraat (haha, dat is tussen Schoenmarkt en Eiermarkt), 10 januari 2019. Foto Hendrik Elie Vanden Abeele Traen. Te Voet in de Stad.